maandag 22 januari 2024

De wandelschoenen zitten goed

Zondag 14  januari reden we rond 08.15 de parkeerplaats op van het Wylerbergmeer in het Gelderse Beek – Ubbergen. Het idee was ontstaan om eens een (echte) uitgezette wandelroute te volgen. En dan meteen een goeie: de N70. Deze route van 16km gaat over 8 bergen en door bossen van het Rijk van Nijmegen.

Met zonsopkomst zetten we opgewekt de eerste stappen op route. Via paaltjes met groene beschildering werden we via bossen door heuvels en dalen geleid. Het nabij gelegen dorp heet niet voor niets: “Berg en Dal”. Soms hielden we halt bij een cultuur-historisch bord met wat tekst en uitleg over Romeinse opgravingen (en zelfs een plaats delict van een moord uit hele vroege tijden). Rond een uur of 12.00 passeerden we een snackbar die deze ochtend de deuren al geopend had. Het vet moest nog wel even worden opgewarmd, maar al snel liepen we naar buiten als 2 Bamiboys.

 

De 16km hadden we er na 5,5uur op zitten en stonden weer netjes op de parkeerplaats. Nu we toch in de buurt van Cuijk waren, kozen we ervoor om naar de Kraaijenbergse plassen te gaan. De hier overwinterende Ijsduikers en een kans op eitjes van Sleedoornpage, trokken ons die kant op.

 

Eenmaal bij de plassen hadden we prachtig zicht op 2 Ijsduikers die, niet ver bij ons vandaan, naast elkaar zwommen, wat doken en zelfs een beetje aan het roepen waren. Het verschil tussen een adult winterkleed (de ene) en een tweede kalenderjaar (de ander) was prachtig te zien. 



Hierna wandelden we door het gebied waar we hoopte eitjes van Sleedoornpage te vinden. Dat lukte niet. Wel vonden we Ransuilen, hoorden we Grote Gelde Kwikstaart en vloog een Houtsnip voor ons uit. Zowel in de zomer als in de winter is dit een heel fijn gebied om door heen te struinen.

 

We sloten de dag af met een goede maaltijd in Malden en reden hierna weer terug richting Breukelen en Amsterdam.

 

Zondag 21 januari waren we opnieuw lekker een hele dag aan de wandel. Ditmaal in de Amsterdamse Waterleidingduinen, tussen Vogelenzang en Zandvoort. De auto hadden we geparkeerd op de parkeerplaats bij “Boshut Panneland”. Dit is te bereiken via de Vogelenzangseduinweg. Vanaf hier kan je (met het kopen van een dagkaartje) de Waterleidingduinen in.

 

Volgden we vorige week route N70  door het Rijk van Nijmegen, nu kozen we het pad richting een opmerkelijke Klapekster. Laat ik deze vogel zo maar noemen, “opmerkelijk”. Het beest lijkt kenmerken te hebben van Lanius excubitor homeyeri. De verschillen met nominaat Klapekster zijn subtiel en laten best wat ruimte open voor “interpretatie”. De vogel zit er al kennelijk sinds november, is inmiddels van een ringetje voorzien en er is bij de vangst voor onderzoek, wat dna afgenomen. De status van Homeyeri is in die zin duidelijk, dat zelfs dna-onderzoek geen uitsluitsel hoeft te geven. De technische middelen om op het benodigde detailniveau te kunnen onderzoeken, zijn er nog net niet en er is te weinig referentie-onderzoek gedaan om zorgvuldig te kunnen vergelijken. Kortom: “veel onduidelijkheid”. Als je er naar toe gaat…dan weet je wat je hebt: “Klapekster”.

 

Het knmi had voor zondag allerlei weercodes afgegeven: gladheid in de ochtend, een buitje en vanaf de middag zou Isha (storm) in kracht toenemen, om in de avond helemaal los te gaan. Desondanks trokken we erop uit, als waren wij voorbereid op het beklimmen van 3 bergen: puntmuts op, handschoenen aan, neksok om, bepakt en bezakt met een rugtas. Aan het einde van de dag (rond 20.30) constateerden we dat het de hele dag droog was gebleven en dat de voorspelde storm tot nu toe uitpakte in een winterse bries.

 

Op ons gemak liepen we vanaf Parkeerplaats “Boshut Panneland” de duinen door. Via de infiltratiekanalen bereikten we de plek van de (opmerkelijke) Klapekster. Precies bij de locatie vanaf waar de Klapekster zichtbaar was, stond een elektriciteitshuisje. En ondanks dat voorspelde storm Isha voelde als een winterse bries, was het wel fijn om uit de wind te staan, in de dekking van dat huisje. In het eerste uur was de vogel prima, maar op behoorlijke afstand, te bekijken. Als afsluiter konden we echter van dichtbij prachtige foto’s maken.



Na dit succes wandelden we tot zonsondergang door het gebied en vermaakten ons met alles wat de omgeving bood. We speurden in het water en vonden snoeken, we werden verrast door een Tjiftjaf en eenmaal (bijna) terug bij de auto vonden we Ramshoorngalwesp. In de auto lagen gelukkig nog koeken en Brioch-brood (zoet, met pudding en fondant). Dit was wel verdiend, want we hadden de hele dag nog niets gegeten. Toch vonden we het te vroeg om echt te gaan dineren. We wisten ons nog even prima te vermaken met het speuren op de schors van Platanen, opzoek naar kevertjes enzo. Dit deden we in Hillegom en Sassenheim, waar we uiteindelijk in een restaurantje belandden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten