vrijdag 31 maart 2023

De week in vogelvlucht

Op dinsdag reed ik na het werk naar Wilnis (Marickenland) en Het Landje van Geijsel. Enerzijds is het leuk om even te tellen welke en hoeveel vogels hier zitten. Anderzijds zou het ook heel fijn zijn om hier de eerste Steltkluten te vinden.

Vogels zaten er genoeg. Bij Marickenland stonden meer dan 300 Grutto's en bij Het Landje van Geijsel sprongen 110 Slobeenden in het oog.

Woensdag deed ik hetzelfde en voegde ik hier nog eerst De Groene Jonker aan toe. Hier waren eerder op de middag 2, in plaats van 1 Siberische Taling gezien. Dat wilde ik ook wel meemaken. Toen ik er was zwommen ze zelfs bijelkaar.

Donny had woensdag een leuke uitdaging uitgesproken: "zorg ervoor dat je voor 1 april -De 4 van het voorjaar- rond hebt. Sovon had kennelijk Tjiftjaf, Fitis, Zwartkop en Boerenzwaluw als "de 4 van het voorjaar" uitgeroepen. Donny had hieraan toegevoegd om er een beetje tempo achter te zetten.

Het zou alleen nog om Fitis en Boerenzwaluw gaan. Zwartkop hadden we al op een dag in februari, in de jachthaven van Ijmuiden tussen een lokale groep Huismussen. En Tjiftjaf zingt al een week uitbundig.

Om maar meteen wat actie te ondernemen, maakte ik nog even een wandeling door De Groene Jonker. Het leverde behoorlijk wat Blauwborst op en enkele Rietzangers, maar geen Boerenzwaluw.

Bij Marickenland zaten deze avond 479 Grutto's en 175 Slobeenden waren te zien bij Het Landje van Geijsel.

Er zou nog een heel avondprogramma volgen. Terwijl ik naar huis reed (Ijburg) werd juist daar een zomerkleed Kuifduiker ontdekt. Het leek er bovendien op, dat ik deze vanaf het appartementencomplex (Thuinlijst) zou moeten kunnen zien. Bij thuiskomst ging ik direct het dak op en speurde de omgeving af. Ver weg, langs een wandelkade zag ik een klein fuutje. Niet goed was te zien of het nou de Kuifduiker was of toch misschien een Dodaars. Met de auto reed ik naar de plek, waar ik verwachtte dat het beestje zou zwemmen. Na een snelle blik bleek de vogel die ik had gezien inderdaad de Kuifduiker te zijn. Bingo!

Met deze soort op de tuinlijst, reed ik naar de Bosdijk bij Nieuwe Ter Aar. Donny heeft mooi materiaal om nachtvlinders te inventariseren. De avond die zou komen, beloofde wat aangenaam weer te worden om het materiaal uit te gaan proberen.

Rond 20.15 kwam ik aan en alle spullen waren al vakkundig neergezet. Er was amper wind, een klein beetje bewolking en een hele aangename temperatuur. De jas was echt niet nodig. 

We hadden er een heel gezellig onderzoekskampje van gemaakt. Om het witte laken stonden de stoeltjes, we hadden vere kurkumathee bij ons en aten wat paasbrood. 

4 uur later ruimden we alle spullen weer netjes op. In de tussentijd hadden we diverse rondes langs bomen gelopen om te kijken welke insecten hierop zaten en luisterden we naar alle geluiden die de avond voortbracht: van een baltsende Gewone Dwergvleesmuis, tot overvliegende Smienten en drukke Stormmeeuwen.

Verrassend en erg leuk was de waarnemingen van Zuidelijke Schorslopers. Uiterst kleine beestjes en verrassend mooi getekend. Qua nachtvlinders leverde het leuke soorten op als: Voorjaarsboomspanner, Vierkantvlekuil, Bosbesuil en Nunvlinder.

Donderdag moest ik nog steeds wat doen met de uitdaging: vind voor 1 april Fitis en Boerenzwaluw. Een waterrijke omgeving leek me het best. Ik heb de indruk dat zwaluwen hier vooral tijdens het begin van de trek te vinden zijn. Na het werk reed ik naar de Loosdrechtse plassen. Ik wandelde via de Lambertzkade en de Bloklaan de hele plas rond. Uiteindelijk een goede 14 km. Donny meldde ondertussen vrolijk dat hij geslaagd was in de missie: Boerenzwaluw was gelukt. Na mijn wandeling van 14 kilometer was ik in ieder geval geslaagde in de Fitis. Vrijdag zou de laatste kans worden voor Boerenzwaluw.

Qua weer zou Vrijdag bar en boos worden. 's Ochtends vroeg meldde Donny dat hij aan de zuidzijde van de Loosdrechtse plassen 50 Boerenzwaluwen zag. Ik moest ze nog en was juist de avond ervoor vlak in de buurt geweest. Het was een beetje m'n eer te na om daar nu heen te rijden om Boerenzwaluw te twitchen.

Die waterrijke omgeving was volgens mij wel nog steeds het beste plan. Daarom reed ik naar Marken (logisch toch) en parkeerde de auto langs de Kruisbaakweg, met uitzicht over de Gouwzee. Na een goed uurtje wachten vlogen er ein-de-lijk 5 Boerenzwaluwen langs en was mijn missie ook geslaagd: ik had "de 4 van het voorjaar" rond.

dinsdag 28 maart 2023

Friesland in de wind

Sinds dinsdag 21 maart vloog er langs de N31 bij Franeker een Alpengierzwaluw rond. Ook vrijdag was deze de gehele dag aanwezig. De volgende dag stonden we vanaf 06.00uur te posten. Door de dikke bewolking bleef het lang wat donker. De buien die langstrokken maakte het allemaal niet veel fijner en ook de stevige wind zat niet echt mee (tegenwind dus 😐 ).

Geduld om op 1 plek te wachten had ik niet, dus ik ijsbeerde wat heen en weer. Tot 10.00u had ik uiteindelijk 16km afgelegd 😆. Donny gaf uiteindelijk het signaaltje dat we maar zelf een Alpengierzwaluw moesten gaan zoeken. We verlieten de locatie en reden naar Westhoek. Niet dat we daar nou direct een Alpengierzwaluw verwachtte, maar het is gewoon een mooi gebied om even flink te struinen. Onderweg naar Westhoek hadden we nog even een cultureel momentje tijdens het voorbij rijden van de markante Firdgummer kerktoren.

De stevige wind van eerder op de ochtend, voelde zo aan de waddenkust inmiddels als een behoorlijke stormpje. Zonnig en droog was het gelukkig wel. We maakte over de kwelder een fikse wandeling. Wegzakkend in het slik, baanden we ons een weg door de blubberige derrie. 

Erg leuk was het zien van een Gewone Zeehond, die hetzelfde deed. Of ie ons nou niet opgemerkt had of dat ie een beetje nieuwsgierig was, kon ik lastig inschatten, maar het beest kwam op ons af gegleden en ging op een meter of 50 bij ons vandaan als een "croissant" in het zonnetje poseren. 

Onze volgende bestemming werd de vogelkijkhut bij de Plasjes van Harlingen, langs de N31. Dit is serieus een vogelkijkhut die ook de optie biedt om echt te "kijken". Vaak zijn de kijkgaten te hoog, te laag of te smal. De hut waar we nu waren, krijgt als cijfer een dikke 10. Zelfs met harde wind, tocht het niet. Ook tegen plens-buien is deze bestand...en ondertussen kan je gewoon lekker relaxt kijken. We hebben hier ons 1,5uur prima vermaakt.

Via allemaal landweggetjes belandden we in Piaam. Ook hier heb je een vogelkijkhut, die uitzicht biedt over het Ijsselmeer. Inmiddels stonden de schuimkoppen op het water, door de harde wind. Achter een rietkraag, een beetje in de luwte, zagen we Zomertaling, Brilduiker en diverse Wintertalingen. Boven het riet vloog de hele tijd een groep van 20 Watersnippen, pattrouilleerde een Bruine Kiekendief en snelden een groep Kemphanen voorbij.


 

woensdag 22 maart 2023

Rozendaalsche Veld

Nu het vroeg licht wordt, begint de dag ook lekker op tijd. De tabel voor zonsopkomsttijden geeft weliswaar aan, dat deze op 19 maart om 06.45 start, echter is het gewoon om 06.15 al licht en zijn de vogels misschien al een half uur eerder gaan zingen.

Na de Bigday van gisteren in Flevoland, begonnen we de dag vandaag weer in deze provincie, maar dan (gewoon) op de Kamperhoek. Een waterig zonnetje en heldere lucht werd al snel vervangen door wolken en dikke mist. Vanaf 09.00uur viel er amper nog iets te zien. We hielden tot 12.00uur vol...gewoon omdat het spannend blijft om te weten wat er langs vliegt en we niets willen missen.

Ondertussen keken we een beetje op de weerkaarten en zagen dat het iets verderop, vanaf Zwolle, beter weer was en in ieder geval helder. We hebben vele missies en 1 daarvan moet eigenlijk in de 2e helft van maart plaatsvinden: zoeken naar Gevlamde Vlinder. De afgelopen dagen waren er al enkelen gezien, dus dit gaf wat hoop. In 2021 en '22 hadden we al pogingen gewaagd, echter zonder resultaat.

Met goede zin reden we richting de Veluwe en specifiek het Roozendaalsche Veld. Naast Gevlamde Vlinder, viel daar meer te halen: Bosbeskokermot, Kromme Bosbeskokermot en Grote Reuzenzakdrager. 

En inderdaad, zoals de weerapps al aangaven, klaarde het rond Zwolle al op en was het op de Veluwe zelfs heerlijk weer: windstil, zonnig en een aangename temperatuur. 

Inmiddels kenden we de omgeving een beetje, we hadden er immers al meerdere keren gelopen. Zodoende kon de zoektocht meteen beginnen. Die was echter van korte duur; iemand anders had inmiddels een Gevlamde Vlinder gevonden, zelfs een parend koppel, en bracht ons naar de plek.

In alle rust konden we bij de Gevlamde Vlinders plaatsnemen. Zo keken we, zittend op de grond, tussen de bosbessen en jonge Berkenboompjes naar het moois dat voor ons zat. Het had iets heel speciaals. Missie geslaagd ✅





Daar hield het echter niet bij op. Terwijl we hier zaten, tussen de bosbessen, konden we direct verder zoeken, naar de kokers van Bosbeskokermot en Kromme Bosbeskokermot. 

Dat was nog een heel gepuzzel en gespeur, maar uiteindelijk ging het ons goed af en vonden we er diversen. De kokers, onder het blad. Mineer, daarboven. Terwijl we over de bosbodem kropen, leerden we ook meteen hoe beide kokertjes te vinden en herkennen zijn.

Een bonusje waren Grote reuzenzakdrager en Tonderzwamschorswants. Van de eerste wisten we ongeveer de locatie. Ergens op een boom, zou de Grote reuzenzakdrager moeten hangen. Simpel weg door de bomen van boven naar beneden (of anders om) te checken kwamen we 'm tegen.

De Tonderzwamschorswants vonden we ook door de boom nauwkeurig te bekijken, maar dan specifiek de schors.


                                                                Grote reuzenzakdrager






maandag 20 maart 2023

Bigday Flevoland

Dit jaar doen we iedere maand een Bigday in een andere provincie. 12 maanden en 12 provincies..., dat komt toevallig goed uit 😊. 

In januari deden we gezamenlijk 1 Bigday in Zeeland. Friesland stond in februari voor Donny en Sam op hun programma en Gelderland bij mij. Eind 2022 hadden we al een soort van planning gemaakt, welke provincie in een bepaalde maand aan de beurt zou zijn.

Toevallig hadden we Flevoland beiden voor maart "ingetekend". Op zaterdag 18 maart gingen het lossss.

De dagen ervoor had ik alles goed voorbereid: er was een route door Flevoland ontstaan, om zo veel mogelijk soorten vogels te vinden. 

Donderdag, vanaf het einde van de middag, was ik in het veld nog wat dingen gaan checken. 
Zo was ik naar de Natte Graslanden bij Almere gegaan, om even te kijken waar ik het beste kon parkeren en hoe lang het lopen was vanaf de auto, naar een kijkscherm. Ook had ik de Lepelaarsplassen bezocht om hier het stuk tussen de auto en de kijkhut te checken. Vervolgens postte ik in Dronten even bij een boom, om te controleren of hier echt een Ransuil zat en datzelfde deed ik bij Almere voor een Bosuil.

Zaterdagochtend stond ik om 04.00uur op en driekwartier later had ik de eerste bestemming er al weer opzitten. Hier had ik een Bosuil gescoord en kon meteen door naar Dronten voor de Ransuil. Die werkte prima mee, netals de Roerdomp die daarna volgde.

In het Kuinderbos en omgeving ging het lekker: Zwarte Specht, Zwarte Mees, Kleine Bonte Specht, Goudvink, Appelvink, Boomleeuwerik en Grote Gele Kwikstaart.

Ik ging van locatie, naar locatie. Soms moest ik goed zoeken, soms zat het heel erg mee en een andere keer vond je helemaal niets.

Rond 14.15 postte ik bij de grote zendmast van Lelystad, in de hoop Slechtvalk te zien. Daarvoor was ik al langs een boerderij gereden om Ringmussen te scoren en had ik de Flevo-Centrale bezocht voor Middelste Zaagbek. Met nog 4,5 uur daglicht, ging het nu om de laatste soorten binnen sprokkelen.

Bij de Grote Praambult zag ik Bruine Kiekendief en Pontische Meeuw. De Pampushaven gaf z'n Toppers prijs. De tijd die ik over had en vooral ook echt nodig had, besteedde ik aan Witoogeend in het Kromslootpark.

Ik had 1,5uur nodig om dit beestje te vinden en het hele park en alle paadjes doorkruist. Uiteindelijk zat ie gewoon waar ie hoorde te zitten: voor de vogelkijkhut.

Strijdvaardig als we zijn, had ik met het concurrerende team de hele dag geen contact gehad. Wel had ik een hint van hun aanwezigheid gekregen. Al in de vroege ochtend, in het Kuinderbos, trof ik een stroopwafel aan, op de voorruit van m'n auto. Deze was verpakt in een Ikea zakje. Bij mijn aankomst had ik Donny en Sam (of hun auto) niet gezien en ook bij terugkomst was dat het geval. Het Ikea zakje zag ik als hint van Donny, maar de tijd waarbinnen zij er geweest moesten zijn, dat klopte voor mijn gevoel niet. "Misschien heeft de Boswachter dit op de auto neergelegd", was wat ik er maar van maakte.

Nadat ik de Witoogeend gevonden had, zat mijn Flevoland Bigday er wel op. Het was inmiddels na 18.30. Het daglicht begon snel af te nemen en andere doelsoorten waren niet echt meer haalbaar. Ik ging rustig de balans opmaken. Toen ik hiermee klaar was, nam ik toch maar eens contact op met de concurrenten. Dat was wel een leuk momentje, om even wat te horen.

We besloten het resultaat en alle belevenissen met elkaar te bespreken in een restaurant. Hier was het nog een hele kunst om tijd te hebben voor al het lekkere eten en onze enthousiaste verhalen te delen. Soort voor soort namen we door wat we hadden gezien. Het bleek dat we voor een groot deel een zelfde route hadden genomen. De details waren misschien net iets anders. 

Donny en Sam hadden soorten als Zomertaling, Blauwborst, Witgat, Kerkuil en Kleine Barmsijs. Die had ik niet.

Anderzijds was het mij gelukt om Zwarte Mees, Boomleeuwerik, Grote Gele Kwikstaart en Roek te zien, terwijl zij juist deze niet hadden.

Uiteindelijk hebben we 16 uur gevogeld en verschilde de score slechts 1 puntje in mijn voordeel: 104 - 105.

We hadden er een prachtige, avontuurlijke dag van weten te maken.





donderdag 16 maart 2023

Ringsnaveleend en Ringsnavelmeeuw binnen 25 uur

Een hele leuke combi in de afgelopen dag: in Heerhugowaard pikte ik een Ringsnaveleend mee en bij Harmelen kopte ik een Ringsnavelmeeuw binnen.

De Ringsnaveleend werd hier vanaf zondag gezien. Aangezien ik nu in de buurt was, wilde ik deze wel graag bekijken, omdat uit wat foto's bleek dat hij behoorlijk dichtbij kon zitten. En dat was inderdaad zo! De vogel zat niet op het grote water, dat geheel om woonwijk "Stad van de Zon" is aangelegd, maar zwom in een heel klein kanaaltje langs een wandelpad. Het was echt een mooi buitenkansje.

De Ringsnavelmeeuw is een heel ander verhaal. Het gaat om een exemplaar dat in 2005 geringd is in Polen en in december 2021 voorzien is van een GPS-datalogger. Op 19 februari 2022 heb ik deze vogel in België gezien op het spaarbekken Eeckhoven, nabij Rumst. Ik was hier naartoe gegaan, omdat ik "toch al in de buurt was", vanwege de Zanggors die op de grens van Nederland en België verbleef.

In de avond van 23 maart en de vroege ochtend van 24 maart 2022 dook deze Ringsnavelmeeuw op bij Babberich (NL), als korte tussenstop tijdens de voorjaarstrek terug naar Polen.

Pas in december werd de vlucht noord-zuid weer ingezet en op 13 / 14 december 2022 werd (niet zichtbaar) Nederland doorkruist.

In België verbleef de vogel tot en met 11 maart 2023.

In de late middag van dinsdag 14 maart werd op basis van de gegevens uit de GPS-datalogger bekend, dat de Ringsnavelmeeuw in de avond van de 13e nabij Woerden was geweest. Hier had gerust en in de weilanden rondom Harmelen en Wilnis de nacht had doorgebracht.

Dagelijks om 16.00uur worden de gegevens van de GPS-logger bekend. Zo ook op 15 maart. Toen bleek dat de vogel nog om 15.00uur op een weiland nabij Harmelen zat en de eerdere nacht had doorgebracht op de Loosdrechtseplassen.

Niet veel later kwam via DB-alert het bericht door, dat de vogel gevonden was in het weiland bij Harmelen. De laatste Ringsnavelmeeuw die ik in Nederland had gezien, was in 2008. Het werd wel weer eens tijd voor een update.  Rond 17.15 was ik ter plaatse. De vogel had een weiland uitgekozen, direct langs de A12 en liep rond op een meter of 50 van alle waarnemers. De meeste waarnemers bleven wachten tot de vogel vertrok naar een slaapplaats. Dat was pas rond 18.36.






maandag 13 maart 2023

Missie Mos in Drente

Vorig jaar hadden we naast vogelskijken veel geleerd over Libellen. Met het boek erbij en behoorlijk wat tijd investeren in het veld, kwamen we er wel uit. Hierdoor kwam ik op veel leuke nieuwe plekjes en mooie gebieden. Maar dat doe je hoog zomer...

Deze winter krijgen mossen en kortsmossen wat verdiende aandacht. 

De eerste (zeeeeeer, met 6 e's) zeldzaamheid was overigens midden in de zomer: het Ruig Pruikspijkertje. Op m'n verjaardag waren we op slangen-missie en maakte hier tevens een wandeling langs werkelijk vele eeuwen oude eiken (Wodan-eiken). En op deze eiken groeit het Ruig Pruikspijkertje. Met het oog haast niet te zien, maar met een loepje geeft ie z'n vorm prijs.

Inmiddels hebben we leuke soorten als Kalkcitroenkorts, Duinkronkelbladmos en Kalksmaltandmos gezien in het duin bij Noordwijk. Gewoon bij Hilversum, op een eeuwen oude steen, zag ik Hunebedbisschopsmuts en groeide hier vlakbij, op een houten paal het Geel Boerenkoolmos. Maar ook in Limburg hebben we al veel leuks weten te verzamelen: laatst nog allerlei soorten bij de Hoge Fronten te Maastricht en een paar weken daarvoor Kalkschriftmos en Roze Kalkporie bij de Sint Pietersberg

Zaterdag 11 maart hadden we bestempeld als "missie mos in Drenthe"


Door waarneming.nl goed uit te pluizen was er een leuke route ontstaan, langs allemaal locaties met zeldzame mosjes en korstmossen.

We begonnen de dag met zonsopkomst bij telpost Ketelbrug / Kamperhoek. Nog in de avond ervoor waaide het hard, sneeuwde het en was het aan het vriezen. De dag begon echter aangenaam en vriendelijk. Het was helder; de zon scheen al snel volop, er stond een aangenaam windje vanuit het westen en het was een graad of 6. Vroeg in maart kan het op de Kamperhoek vaak onaangenaam koud zijn, doordat je volledig open staat, wind vrij spel heeft en vanaf het koude water waait. 6 graden, kan dan vaak aanvoelen als vriezend koud. Nu was dat zeker niet het geval.

Donny en ik hebben hier tot 12uur gestaan. Ondanks dat je continu op 1 plek staat, vliegt de tijd werkelijk voorbij. In de 5 uur dat we hier  stonden, kwamen er zo'n 12.000 individuele vogels langs, verdeeld over 52 soorten. Een hoogte punt vond ik toch wel het enorme aantal Grote Lijsters. We konden zelfs een (voorjaars) telpostrecord neerzetten: 257 exemplaar kwamen er langs soms in groepen van 30 en 20 tegelijk.

Maar we hadden grotere plannen...onze "missie mos".


Lobjesvingermos: De eerste stop was bij het station van Meppel. Hier staan meerdere bomen en op 1 daarvan groeit Lobjesvingermos. Daar stonden we dan...op het stationsplein met onze neus tegen aan boomstam aangedrukt, loepje in de ene hand en camera in de andere.

Begraafplaats Hoogeveen: Vervolgens reden we naar Hoogeveen. Hier gingen we naar een begraafplaats toe. Bij het uitstappen van de auto zag Donny direct een nieuwe soort voor mij: Rhododendronknopvreter. Dit is een schimmel op dode knoppen van Rohdodendron, die verspreid wordt door een cicade.

Met behulp van gps en bewapend met foto's liepen we de over begraafplaats Op deze manier bezochten we 3 graven, die ons Donkere Citroenkorst, Opgerold Smaragdsteeltje en Bleek Dijkzonnetje opleverden. Het Bleek Dijkzonnetje was alleen te zien als je door een loepje keek. Dan pas zag je goed de structuur en de werkelijk oranje-achtige kleur. Het Opgerold Smaragsteeltje is gewoon een schattig, heel licht groen mosje en de Donkere Citroenkorst is een witte vlek, die iets donkerder is dan de overige witte vlekken.


We vervolgden onze route naar een locatie iets ten noorden van Hoogeveen. Hier hebben we gezocht naar Muurzwelmos. We dachten het gevonden te hebben, maar op basis van foto's werd dit gecorrigeerd naar Gewoon Geleimos.

Bruin Boomspijkertje: Waar we wel goed mee zaten, was het Bruin Boomspijkertje. Iets ten zuiden van Norg staat langs de doorgaande weg een restaurant. Naast de parkeerplaats staat een Eik, waar voor een groot deel de bast van weg is en je tegen de schors aankijkt. Hierop groeit het Bruin Boomspijkertje. Het zijn zeer zeer kleine "haartjes", met een knopje erop. Met het oog is het te zien, maar pas met een loepje zie je het bruinige knopje.



Al met al waren we heerlijk bezig. We reden door besneeuwde landschappen, kwamen op verrassende locaties en als we zochten, moesten we heel gedetailleerd kijken.

Gewoon Appelmos: De soort van onze "missie mos" die van te voren tot de verbeelding sprake was het Gewoon Appelmos. Het klinkt lekker gewoontjes, maar is zeer zeeeeeeer (toch wel 7 e's) zeldzaam. Als je opzoekt waar en hoe het groeit, dan krijg je daar toch gewoon meteen warme gevoelens bij 😊: enkel op steile noordwest- of noordoostkanten van houtwallen, die voor minder dan de helft begroeid zijn met schrale grassen en mos. Let bijvoorbeeld op Gewone Eikvaren en dicht Havikskruid op de noordzijde. Ga daar maar eens aanstaan!

Voor ons was de zoektocht iets minder complex. We gingen opzoek naar Gewoon Appelmos, dat al gevonden was. Het bracht ons wel natuurlijk naar wallen, waarvan de steile kant op het noordoosten lag en voor de helft was begroeid met schrale grassen en mos.

Dit was het resultaat:


Hunnebed D28 en D29: "missie mos" in Drenthe was eigenlijk ontstaan doordat ik opzoek was naar een interessante nieuwe Hunnebed. Eind december hadden we Hunnebed D8 bezocht voor Hunnebedmuisjesmos. Ditmaal was ik gewoon een beetje waarneming.nl aan het afspreuren voor wat zeldzaams op een andere steen, uit ver vervlogen tijden. Zo kwam ik uit op Hunnebed D28 en D29. Hier groeit namelijk Zwart Bruinschildmos...en die wil je niet missen. Hier was een mooie combinatie te maken, van allerlei leuke andere soorten mossen en korstmossen. Eigenlijk was Hunnebed D28 en D29 het hoofddoel, maar werd het bijna wat ondergeschikt aan al het andere interessants dat we op onze route zouden tegenkomen.

Met onze trektelling op de Kamperhoek vanaf de vroege ochtend en al onze andere waardevolle tussenstops onderweg, kwamen we rond 17.15 aan bij de Hunnebedden. Deze liggen langs de Buinerstraat. In voorbereiden ben ik best wel goed. Maar ik had eigenlijk niet gekeken waar die Hunnebedden lagen. Op basis van de vorige ervaring met D8, had ik verwacht een bos in te moeten. Daardoor reed ik gewoon straal voorbij D28 en D29. Ze bleken werkelijk pal langs de doorgaande weg te liggen, tussen wat akkers. Alleen een modderig pad van een meter of 200 scheidt ze van de doorgaande weg.

Het Zwart Bruinschildmos was snel gevonden. Niet weggemoffeld ofzo, maar vrij op het steen valt z'n donkere kleur en ronde vorm op, tussen de meer lichtere kleuren die 1 geheel lijken te vormen.

Terwijl ik dit schrijf, zit ik na te denken over een zin van Cruijff: "je gaat het pas zien, als je het door hebt". Zo werkt dat met heel veel dingen. Vogels, Libellen en (korts)mossen. Bij zo'n Hunnebed sta je te kijken naar een steen. Pas als je het door hebt ga je verschillende structuren zien, kleur afwijkingen, gladde vormen en ruwe oppervlakten: Verstopschildmos, Glanzend Steenschildmos, Rossig Schriftmos.



Grote Kruisbek

Diverse groepjes Grote Kruisbekken overwinteren dit seizoen in Nederland. Bij tijd en wijlen kunnen deze zich erg leuk laten zien en horen.

Op de Dutchbirding vogeldag heb ik een opzet-stuk gekocht, als verbinding tussen je mobiele telefoon en telescoop. Hiermee kan je digiscopen.

Het leek mij een leuk idee om dit ding (geen idee hoe het werkelijk heet) uit te testen bij de Grote Kruisbekken.

Op zondag 12 maart reed ik naar de Noorderheide van Nunspeet. Het was prima weer; geen zuchtje wind, vriezend koud en droog. Met wat andere vogelaars stond ik op de locatie, waar een groepje Grote Kruisbekken al de hele winter zo af en toe wat komt drinken en zich komen poetsen. Hier staan wat berkjes aan de bosrand en er loopt een soort van afwateringskanaaltje.

"Zo af en toe" werd door de Grote Kruisbekken ook echt in de praktijk gebracht. Na 3 uur wachten, kwamen ze eindelijk aanvliegen. Maar toen deden ze ook precies waar ik voor gekomen was: lekker vrij in de topjes van de bomen zitten en zich prima laten fotograferen.

Wachten op de heide was zeker geen strafgeweest. Raven vlogen over, Boompiepers waren lekker aan het zingen en een Zwarte Specht riep er lekker op los.



maandag 6 maart 2023

Urban-birding levert Alpenheggenmus op

Eerder deze week werd een Alpenheggenmus ontdekt, midden in Den Haag op een van de gebouwen van "de ministeries". De dagen richting het weekend werd deze wel dagelijkse waargenomen, maar dan hoofdzakelijk door medewerkers, dan vanaf hun werklocatie de vogel op de vensterbanken zagen rondscharrelen. Het gebouw was niet openbaar toegankelijk.

Zaterdagochtend gingen we zelf een poging wagen. De plek vanaf waar we de gebouwen afspeurden, was werkelijk naast het Centraal station en voor het ministerie van Binnenlandse Zaken. Voor anderen zal het er wat merkwaardig hebben uitgezien, dat er allemaal telescopen op die hoge gebouwen gericht stonden. Zelfs langsrijdende buschauffeurs stopten even, om te vragen wat we aan het doen waren.

Onze focus lag op het meest lage gebouw. Hier was een binnentuin, die voor ons niet zichtbaar was, afgeschermd werd door een stenenmuur. En juist op dat stenen muurtje kon de vogel wel eens zitten.

Geconcentreerd speurden we een uur lang het muurtje af. En eindelijk was er heel even een klein koppie zichtbaar dat over de rand heen keek. Het was ook maar een paar seconden, maar als je wilde voldoende om wat foto's te maken. Zo hebben we nog een uurtje gestaan, meestal wachtend en soms was er even wat actie. Uniek dat zo'n beestje deze locatie heeft uitgezocht om z'n tijd door te brengen.




We vervolgden onze weg richting Renesse. De afgelopen weken hadden we geen tijd willen steken in de overwinterende Grijze Wouw. Maar goed...nu we toch in de buurt waren, konden we deze even mooi meepikken. De vogel werkte prima mee, in die zin dat het weinig moeite kostte om 'm te zien.

De rest van de middag brachten we door in de Scheelhoek en Kwade Hoek.

In de Scheelhoek staat een enorme obervatiehut, die ruimte bied aan vele waarnemers. Echter zijn de mogelijkheden om het gebied te overzien beperkt. Kruipend op je knieën, heb je nog enigszins kans om door een gat te kijken.



Dat wat je dan uiteindelijk ziet, ligt er wel weer prima bij 😊

In de Kwade Hoek was het lekker struinen door de blubber. Je kan hier eindeloos wandelen. Met de wind in je gezicht en blik op oneindig zijn dat fijne momenten.



woensdag 1 maart 2023

Mos en Bos in Limburg

Het zal een paar weken geleden zijn dat we maandag 27 januari hadden uitgekozen als dag waarop "het" zou gebeuren: "Massale Kraanvogeltrek".

Het was meer "filosoferen over", dan dat we het zeker wisten natuurlijk. Door naar wat data te kijken, kom je al snel uit rondom het laatste weekend van februari. Maar wanneer en welke route de Kraanvogels nemen, is volledig weersafhankelijk.

Hoe dichter we bij 27 februari kwamen, hoe zekerder het werd...waarschijnlijk zouden de Kraanvogels die maandag nog niet massaal "on the move" zijn. Grote groepen Kraanvogels zitten nog in de "wachtkamer" in Frankrijk, stijgen niet op en als ze al zijn vertrokken, dan kiezen ze een meer oostelijke route over Duitsland heen.

We hielden echter vast aan ons plan om er maandag opuit te trekken. We hadden bedacht in Noord Limburg te beginnen en gedurende de dag stapsgewijs naar het zuiden af te zakken, via wat leuke spots.

Venlo: Zo liepen we maandagochtend lekker op tijd in het gebiedje Romeinenweerd te Venlo. De lucht was strak helder blauw, het was wind stil en het vroor nog wat. We werden direct begroet door een vrolijk roepende Humes Bladkoning. Gister had ik nog een (nieuwe) Gelderse Pallas en vandaag begonnen we met een Limburgse Humes. Fijn voor de provincie-lijst 😊. Het was zeker de moeite waard om er even bij te blijven staan; het vogeltje liet zich erg leuk bekijken.

Na 45 minuutjes liepen we rustig verder in zuidelijke richting, langs de maas. Bij het veer tussen Baarlo en Steyl keerden we om. 

Ijseend: De volgende stop werd de Grensmaas nabij Stevensweert. Na wat zoeken vonden we hier, op een visvijver, een Ijseend. Het leverde leuke fotokansen op, want hij zwom en dook vlak langs de kant.

Mossen in Maastricht: De hoofdattractie van vandaag leek mij wel het speuren naar zeldzame mossen en korstmossen. Afgelopen december hadden we al een paar leuke dagdelen besteed aan het zoeken naar mossen en kortsmossen. Zo vonden we in Noordwijk bijvoorbeeld Kalkcitroenkorst, in Hilversum Geelboerenkoolmos en bezochten we in Drenthe Hunebed nummer 8. Met name het gevoel dat je heel geconcentreerd aan het speuren bent, op een groot oppervlak naar iets heel heel kleins, geeft veel voldoening. 

Eind januari waren we ook al in Zuid Limburg en pikten we Kalkschiftmos en Roze Kalkporie mee, op de Duivelsgrot van de Sint Pieter. Ditmaal had ik wat plekken voorbereid voor zeldzame mossen en kortmossen op de oude stadswal "Hoge Fronten", in het centrum van Maastricht.

Rond 13.00 kwamen we aan. Ik was hier nog niet eerder geweest. De stadmuur "Hoge Fronten", ligt werkelijk in de stad. De wegen erom heen zijn druk, maar als je eenmaal binnen de stadsmuur loopt, is het er compleet rustig.

Met behulp van gps-coördinaten, locatiefoto's en heel wat speurwerk vonden we onze targets. Je moet je voorstellen dat je gebogen staat of geknield op de grond zit en haast met je neus tegen de muur aan, zoekt naar een uiterst klein stukje (korst)mos. Alles lijkt op elkaar en als er al verschillen zijn, dan is dat heel minimaal.

Om 15.30 vonden we het wel mooi geweest. We waren ook behoorlijk succesvol in onze missie gebleken. Zo hadden we Klein Klokhoedje, Tufkrijtmos, Muurblaaskorst, Gewone cementkorst, Kerkmosterdkorst en Schermlevermos kunnen vinden. "Leuk voor de nieuwe heb", was Perenbloedluis. Op basis van een foto konden we exact het boompje terug vinden waar de Perenbloedluis op zat, door de foto met de omgeving te vergelijken.

Gedurende de dag hielden we waarneming.nl en een Kraanvogel Facebookgroep in de gaten, om te zien wat de actuele informatie was ten aanzien van de Kraanvogeltrek. Op basis van de informatie die we lazen, hadden we de indruk dat de Kraanvogels niet op gang waren gekomen. We konden het dus nog even rustig aan doen.

Nu we toch in bewoondgebied waren en bovendien in Limburg, pakten we de kans om een Vlaai te scoren: een halve rijst en een halve kruimel.

Bemelen: Met deze late lunch bij ons, reden we naar onze volgende bestemming: Bemelen. Een maandje gelden waren we hier ook al, om Vleermuizen te zoeken. Dat gingen we nog eens over doen. Bepakt met zaklampjes gingen we de eerste grot binnen. Leuk was het om te zien dat de aantallen overwinterende vlinder echt gelijk waren aan de vorige keer. Weer hadden we 43 Dagpauwogen, 1 Kleine Vos en wat Roesjes. Ook hingen er 2 Baard / Brandts Vleermuizen.

Terwijl we van de ene naar de andere grot liepen, vond Donny behoorlijk grote en diep zwarte braakballen. Aan de buitenzijde van de grot zijn diverse nissen. Met wat speuren vonden we in 1 nis een prachtige kerkuil. Verrassend genoeg zagen we even later een Steenuil langsvliegen en begon een ander exemplaar te roepen. En dat midden op de dag.

Of dat nog niet genoeg "geluk" was, vloog er vlak over ons heen, met de zon in onze rug een prachtige groep Kraanvogels, van 16 stuks. Doordat het lage licht er zo mooi op scheen, waren ze erg mooi te zien. Onze blijdschap was echt groot. We liepen in een dal, omgeven door bos en precies daar hadden 16 Kraanvogels besloten om langs te vliegen.

Met deze waarneming waren we in twijfel gebracht. Het was inmiddels 17.35uur. Het zou nog maximaal een uurtje licht zijn. De Karstraat was nog 20 minuten rijden...

Was dit groepje een hele leuke bonus en moesten we er genoegen mee nemen of was het een aanmoediging voor ons om toch snel naar de Karstraat te rijden. Donny gaf het startschot om dat laatste te doen. We liepen snel terug naar de auto, stelde de route in naar de Karstraat en gaven vol gas. Iets na 18.00uur kwamen we aan. 

Bij de telpost stonden verrassend genoeg Pieter, Nittert en Henk Sierdsema. We vertelden over onze waarneming van 16 Kraanvogels. Ook zij hadden deze zien langskomen, zij het op een grote afstand. Verder was het voor hen, qua Kraanvogels heel rustig gebleven.

We maakten er nog even een gezellig half uurtje van. Het leverde zelfs nog een Rode Wouw en 2 Patrijzen op.

Wilde Kat: Nu het donker geworden was, begonnen we aan onze laatste challenge. We gingen de tijd eens goed benutten om Wilde Kat te zoeken. We reden eerst wat rondjes door het Vijlenerbos, om onze tactiek uit te denken. Hierna kozen we positie langs 1 bepaalde weg, die goed uitzicht gaf. Inmiddels waren we hiermee een goede 2 uur verder en was het inmiddels 21.00. In plaats van afwachten op 1 plek, besloten we actief rijdend te gaan zoeken. Met zaklampen en nachtkijker reden we langzamer dan stapvoets door het bos. 

Al een paar keer waren we een andere zoeker tegengekomen. Toen we deze voor de zoveelste maal tegenkwamen, vertelde hij ons dat hij echt net (10 minuten geleden) een Wilde Kat had gezien. Ik weet niet of ons dit nou moed gaf of een soort van telleurstelling (hij wel en wij niet), maar we gingen in ieder geval vastberaden verder.

We hadden inmiddels al een Das, wat Hazen, Bosmuizen en Reeën gezien. Ook vonden we slapende Roodborsten, Merels en Houtduiven.

De avond vorderde en met de gedachte dat we nog 2,5u terug moesten rijden, besloten we langzamerhand het bos te verlaten en richting huis te gaan. Donny had inmiddels z'n warmtebeeldkijker opgeruimd en ook de zaklampen in de tas gedaan. Met het verlaten van het bossige deel,  rijd je een stukje door wat weiland / akkerland. Als een klein wondertje staarde vanuit de berm 2 heldere oogjes ons aan. Gealarmeerd probeerde Donny z'n Warmtebeeldkijker, Verrekijker en lampen weer snel uit de rugzak te halen. De twee oogjes veranderde inmiddels in een grijzige kat, die in de berm bleef jagen. En dankzij onze verrekijkers en lampen wisten we er een Wilde Kat van te maken.

Vol ongeloof probeerden we nog iets van foto's te maken, totdat het beest de struiken langs de berm inschoot. We keken elkaar aan, gaven een high five en vol adrenaline beseften we dat we net hadden zitten kijken naar een Wilde Kat. 

Inmiddels was het 23.45. Voor de tweede maal ruimde we alle spullen op en zetten de nachtelijke terugreis in.